Hallux rigidus
Algemeen
Een hallux rigidus is een verstijving van de grote teen door artrose (slijtage) in het MTP1-gewricht. De grote teen kan hierbij een lichte scheefstand vertonen; echter duidelijk minder dan bij een klassieke hallux valgus. Er wordt vaak een verdikking waargenomen bovenop het MTP1-gewricht doordat er zich een osteofyt (extra botaangroei; ‘papegaaienbek’) vormt op het gewricht.
Aangezien de grote teen een belangrijke functie heeft tijdens het stappen, waarbij een groot deel van de afzet gebeurd door de grote teen, vangt het steeds een grote druk op. Deze druk gaat ervoor zorgen dat het gewricht gevoelig is voor slijtage; tevens speelt een bepaalde (aangeboren) vorm van dit gewricht vaak een rol in het onstaansmechanisme.
Patiënten met een hallux rigidus ervaren dan ook vaak pijn bij het stappen en lopen (Vnl. bij krachtig afzetten) doordat deze niet goed kan plooien. Door verdere slijtage kan het gewricht uiteindelijk ook pijnlijk worden in rust. Dit wordt veroorzaakt doordat het kraakbeen verder afslijt, met een ontsteking in het MTP1-gewricht als gevolg.
Diagnose
De diagnose hallux rigidus kan vastgesteld worden aan de hand van klinisch onderzoek gecombineerd met een staande radiografie van de voet. Op een radiografie is de artrose in het MTP1-gewricht goed zichtbaar (vaak vernauwd) en ziet men ook de eventueel aanwezige osteofyten. Tijdens het klinisch onderzoek valt voornamelijk de verminderde beweeglijkheid van de grote teen op, vaak in combinatie met een rood, opgezwollen MTP1-gewricht. De bult die men bij de hallux valgus eerder aan de binnenzijde ziet, bevind zich hier eerder bovenaan.
Behandeling
- Niet operatief:
De conservatieve behandeling bij een hallux rigidus kan starten met het aanpassen van het huidige schoeisel. Hierbij kan een stijvere steunzool worden uitgeprobeerd zodat de afrol van de voet naar achter wordt gebracht (dus richting de hiel). Op deze manier gaat men het ontstoken/ versleten gewricht gaan ontlasten waardoor de pijn kan verminderen. Wanneer de hallux rigidus vroeg wordt opgemerkt en dus de artrose nog beperkt is, kan men een infiltratie met hyaluronzuur gaan overwegen. Deze gaan het kraakbeen voeden en ondersteunen om verdere slijtage deels af te remmen. Bij een opstoot van ontsteking kan er een ontstekingsremmer worden ingenomen. Meestal geeft dit slechts tijdelijk beterschap. - Operatief: zie operaties aan de voet en de enkel.